Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Want [73]velen wandelen [anders]; van dewelken ik u [74]dikmaals gezegd heb, en [75]nu ook [76]wenende zeg, dat zij [77]vijanden des kruises van Christus zijn; 73. Namelijk van de leraars, die het woord prediken en wandelen in hunne beroeping niet, gelijk wij doen. 74. Namelijk als ik bij u was, ulieden voor hen in mijne predikatien waarschuwende. 75. Namelijk door dit mijn schrijven. 76. Dat is, met droefheid des harten, ontstaande daaruit, dat deze lieden met hun valse leer en ongeregeld leven de gemeente verleiden en verstoren, en zichzelven het verderf over den hals halen. 77. Dat is, tonende dat zij vijanden zijn van de leer, waardoor geleerd wordt dat de mensen niet door de onderhouding van de wet, maar door de enige offerande van Christus aan het kruis geschied, zalig worden; 1 Kor.1:23,24, en 1 Kor.2:2.